top of page

Corona was ook dit jaar niet weg te denken uit ons leven, en dat zie je terugkomen in de verkiezing van 'het Woord van het Jaar'. Net als vorig jaar zie je toch wel de positiviteit van corona (want ja, dat is er ook: always look on the bright side of life) terugkomen in de woorden. Vorig jaar won het woord 'knuffelcontact' de wedstrijd, dit jaar was het woord 'knaldrang' de favoriet van de Vlaming. 'Knaldrang' won het van de woorden 'tegelwippen' (waar het mooie Neteland trouwens wel de beste in was https://www.herentals.be/nieuws/neteland-wint-eerste-kempisch-kampioenschap-tegelwippen)en 'boosterprik'.


Het woord is ook al volop in gebruik. In titels van artikels zie je het vaak voorbijkomen. Het woord is al helemaal ingeburgerd in ons taalgebruik.


Jullie vragen je misschien af van waar het woord afkomstig is? Het woord 'knaldrang' werd voor het eerst gebruikt door MEROL, een zangeres afkomstig uit Nederland. Zij schreef vorig jaar dit nummer. Het nummer gaat over haar verlangen naar uitgaan, feesten en festivals.

Wat opvalt is dat in Nederland het woord 'knaldrang' zelfs niet voorkwam in de lijst van mogelijke Woorden van het Jaar. Daar is de winnaar jammer genoeg een woord met een veel negatievere connotatie: 'prikspijt'. Online werd er door tegenstanders van de vaccinatie sterk opgeroepen om op 'prikspijt' te stemmen.


Om de lijst me winnaars af te ronden geef ik jullie ook nog de winnaar van het tienerwoord van 2021 mee: 'ma stobbe' (even een kleine vertaling: dit betekent 'bestie)






 
 
 
  • Foto van schrijver: Jasna
    Jasna
  • 5 jan 2022
  • 2 minuten om te lezen

Als beginnend leerkracht lopen we allemaal wel eens tegen de lamp als het aankomt op de aandacht krijgen van leerlingen. Ik ben dus continu op zoek naar 'tips and tricks' om me hierbij te helpen. Deze tip van Gie Bogaert, leerkracht Nederlands, trok mijn aandacht. Toen ik de titel las dacht ik: "Ah, fijn. Ik doe dit vaak bij geschiedenis, maar hoe ga ik dit bij Nederlands implementeren?"


Bij het begin van ieder lesuur, leest Gie zijn klas voor. Voor hem heeft dit twee doelen: een manier om hun aandacht te krijgen, maar tegelijkertijd doet hen dit ook genieten van verhalen. Het is dus geen verhaal dat gelinkt is aan de les van de dag, maar gewoon simpel: een verhaal.


Gie Bogart: "Als ik mijn leerlingen vraag naar hun mooiste lees-herinneringen, noemen ze geen titels van boeken. Ze vertellen over de momenten waarop ze werden voorgelezen als kind. Op een bepaalde leeftijd stopt dat meestal en dat vinden ze jammer. Daarom doe ik hen elke les een kort verhaal cadeau. Veel kinderen stoppen ook zelf met lezen bij het begin van hun middelbare schooltijd. Ik geloof dat ik dat kan veranderen door voor te lezen. Door hen te laten voelen hoe leuk verhalen zijn, en wat je ervan kan leren.” Ik herken mezelf hier wel in. Als kind werd mij veel voorgelezen en ik werd dan ook getriggerd om zelf te beginnen lezen. Gedurende de lagere school las ik enorm veel maar bij de start van de middelbare school nam dit inderdaad af en werd dit een noodzakelijk kwaad voor de boekbesprekingen.


Ik vraag mij dan wel af of dit niet veel tijd in beslag neemt? Het lijkt mij amper haalbaar om elke les een stuk voor te lezen wanneer je al maar 50 minuten hebt. Zeker als stagiair lijkt me dit bijna onmogelijk omdat je heel weinig speling hebt in de tijd die je krijgt. Volgens Gie Bogaert valt dit allemaal wel mee: “Zo’n verhaal voorlezen duurt nog geen 5 minuten. De leerlingen hoeven niet te noteren, het is geen leerstof, ze hoeven enkel te luisteren. Maar het effect is heel bijzonder: je haalt ze even weg uit de realiteit. Daarna heb je hun aandacht voor de rest van het lesuur. Die paar minuten tijd haal ik dus gemakkelijk in.


Ik ben zeker gemotiveerd om dit ooit toe te passen in mijn lessen Nederlands. Ik zie echt wel wat voordelen aan deze manier van werken. Misschien kan ik dit wel toepassen wanneer ik volgend jaar mijn lange stage doe en gedurende een lange periode in een bepaalde klas mag lesgeven.


Ik vraag me af wat jullie hiervan denken. Laat gerust je mening achter in de reacties!



 
 
 
  • Foto van schrijver: Jasna
    Jasna
  • 5 jan 2022
  • 2 minuten om te lezen

We kunnen er bijna niet meer om heen. Overal worden we gebombardeerd met nieuws over het lerarentekort in onze scholen. Ook online zag ik heel wat nieuws verschijnen over dit onderwerp. Mijn aandacht werd getrokken bij het lezen van volgende titel 'Lerarentekort zwengelt debat over hoofddoekenverbod opnieuw aan: 'Dit gaat om het recht op werk'.


Het artikel dat ik las op de site van 'De Morgen' laat enkele moslima's aan het woord die maar al te graag voor de klas zouden staan. Jammer genoeg komen zij niet aan de bak in het onderwijs omdat de meeste Vlaamse scholen de hoofddoek nog steeds verbieden. Deze vrouwen vragen zich dan ook af 'Hebben jullie echt liever dat leerlingen uren in de studie zitten dan dat er een vrouw met een hoofddoek voor hun klas staat?' Naar mijn mening is dit een terchte bedenking en ik vraag me dan ook hetzelfde af.


De vrouwen in het artikel geven dan ook jammerlijk aan dat zij alternatieven zoeken: ze kiezen bijvoorbeeld om te gaan lesgeven in het hoger onderwijs, waar een hoofddoek geen probleem meer is.


Het probleem heeft ook het Vlaams Parlement gehaald. De partij Groen kaartte daar het probleem aan. Volgens hen is het lerarenkorps geen correcte afspiegeling van de samenleving.


Hoe zit het met de wetgeving omtrent dit onderwerp? Op dit moment is er een hoofddoekverbod in de Vlaamse scholen. Ook in het gemeenschapsonderwijs geldt sinds 2013 een verbod op alle zichtbare levensbeschouwelijke kentekens. De woordvoerder van het GO!-onderwijs zegt er het volgende over: "“Hoe meer diversiteit hoe beter, want ook onze leerlingen zijn superdivers. Maar daartegenover staat onze grondwettelijke opdracht om neutraal onderwijs te verschaffen.”


Ook Vlaams minsister voor onderwijs Ben Weyts wil hier liever niets over horen. Volgens hem ligt het probleem eerder bij de motivatie van deze leerkrachten: “Je kunt je vragen stellen bij de motivatie van leerkrachten als ze enkel willen lesgeven met een hoofddoek. Blijkbaar is er dan een hogere roeping dan het lesgeven.”


Blijkbaar is onze maatschappij toch nog niet klaar om iedereen echt te laten zijn wie hij of zij is. Ondanks dat iedereen sterk achter inzamelingen als de warmste week staat, verandert er vaak niets als puntje bij paaltje komt. Ik vind zelf dat, naast inhouden overbrengen aan leerlingen, een andere zeer belangrijke taak van scholen en leerkrachten is om de kinderen hun identiteit te laten ontdekken en hen te laten zijn wie ze zijn. Naar mijn mening is een beperking zoals dit nog steeds een probleem als je die boodschap wil meegeven...





 
 
 
bottom of page